<-meer text&beeld

Altijd op zoek naar die ene, bijzondere blik

Tekst: Heidi Klijsen in Punt 07

Anneke Timmerman, kunstenares en oud-student van de Akademie St. Joost, schildert vooral kindergezichten. Maar onschuldige en lief lachende gezichtjes, daar doet ze niet aan. Hierdoor zijn haar portretten soms best hard of confronterend. "Ik leg bewust al wat wijsheid en levenservaring in het gezicht. Zodat het lijkt alsof het kind al in de diepte van het leven kijkt."

Vanaf de muur van de lichte, voormalige havenloods in Amsterdam kijken acht paar Indiase kinderogen je indringend aan. Het is bijna onmogelijk je blik af te wenden van hun boeiende, ietwat melancholische blikken. Onbewust probeer je steeds weer te peilen wat er allemaal omgaat in die hoofdjes. "Heel gek misschien, maar dat heb ik zelf ook nog steeds", zegt Anneke Timmerman over haar werk aan de muur. "Ik heb zelfs lang getwijfeld of ik wel in een ruimte kon wonen met deze portretten aan de muur. Mijn vriend heeft ze opgehangen toen ik op reis was. Maar inmiddels kan ik ze niet meer missen."

Druk pratend zet ze koffie, in het keukentje achterin het pand, dat dienst doet als woning en atelier. "Ik ben in mijn werk altijd op zoek naar een bepaalde blik. Liefst een blik waar twijfel en kwetsbaarheid in ligt, maar ook helderheid en kracht. Zo'n kindergezicht is in principe nog een onbeschreven blad, maar toch zie ik er al wijsheid en levenservaring in en dat probeer ik in mijn schilderij te vangen. Zodat het lijkt alsof het kind al in de diepte van het leven kijkt." 

Als kind was ze al dol op het tekenen van kinderportretten, liefst van toverachtige prinsessenmeisjes, zeemeerminnen en feeën. De kleine Anneke was altijd aan het tekenen. Toen haar moeder haar op een dag meenam naar een vriendin, wier zoon olieverfschilderijen maakte, was ze verkocht. "Ik wist niet wat ik zag, als boerendochter was ik nooit eerder in aanraking gekomen met kunst. Het was me meteen duidelijk dat ik hierin verder wilde." 

Dat was nog niet zo gemakkelijk, want haar ouders vonden een carrière als kunstenares maar niks voor hun dochter. "De kunstacademie is iets voor langharig tuig, zeiden ze. In die tijd durfde ik daar nog niet tegen in te gaan." 

Dus volgde Timmerman eerst een lerarenopleiding 'Kinderverzorging, opvoeding en handenarbeid'. Die opleiding had toch een creatief karakter en hier konden haar ouders wél mee leven. Ze maakte de studie netjes af, maar moest er vervolgens niet aan denken voor de klas te gaan staan. "Ik vind kinderen hartstikke leuk, maar kinderverzorging is niets voor mij. Om diezelfde reden heb ik ook nooit zo het verlangen gehad naar een eigen gezin. Al was het misschien anders gelopen als ik mijn huidige vriend eerder had ontmoet."

Na de lerarenopleiding deed ze alsnog, met succes, toelatingsexamen bij de Akademie voor Beeldende Kunsten St. Joost, in Breda. Een heerlijke tijd brak aan. Eindelijk kon ze volledig met haar kunst bezig zijn. In die tijd maakte ze compleet ander werk dan nu. "Het was toen toch een beetje taboe om kinderportretten te maken. Zelf dacht ik ook heel normatief in die tijd. Met realistisch schilderen zat je helemaal in de 'verkeerde hoek', vond ik." Dus experimenteerde ze, net als haar medestudenten, volop met allerlei technieken. "Ik hield erg van grote gebaren en dikke kwasten, mijn werk was op dat moment tegen het abstracte aan."

Via een omweg kwam ze, jaren later, toch weer terug bij haar vroegere passie, de kinderportretten. Dit gebeurde tijdens een reis naar India. "Daar zag je veel billboards en posters met afbeeldingen van dikke baby's, waarschijnlijk als symbool voor welvaart of zo. Die afbeeldingen raakten iets bij me. 'O ja, dit vond ik vroeger zo leuk om te maken', ging er door me heen." 

Tijdens diezelfde reis raakte ze ook geïnteresseerd in de spiritualiteit van dat land. Hierdoor ging ze zich afvragen waar het nu eigenlijk om gaat in het leven. "Ik leerde daar dat ik mijn normatieve instelling moest laten varen. Dat ik gewoon mocht doen wat ik leuk vond en niet alleen maar datgene waarvan ik dacht dat het hoorde in de kunstwereld. Zolang je voor jezelf maar de essentie raakt in je werk, dan is het goed." 

Dus begon ze eindelijk weer met het maken van kinderportretten. "Meteen voelde ik weer hoe fijn ik het vond om dat te doen. Dat had ik onbewust al die tijd buitengesloten, terwijl ik er als kind zo van kon genieten." Ze is er nu al weer ruim tien jaar mee bezig, maar haar portretten ontwikkelen zich nog steeds. De laatste jaren is ze zich steeds meer gaan focussen op de blik van de kinderen die ze schildert. Alle overbodige 'ballast' laat ze achterwege, door zo min mogelijk aandacht te besteden aan de kleding en houding en de achtergrond egaal te houden. "Op die manier wordt alle aandacht naar de ogen van het kind getrokken en heeft het portret de grootste impact."

Nog een nieuwe ontwikkeling: ze schildert steeds vaker kinderen met androgyne aspecten in hun uiterlijk. "Ik houd ervan om jongens te schilderen die net meisjes lijken en andersom. Om op het doek het zachte te vangen dat in een jongen zit of juist het stoere in een meisje. Waarom dat me zo boeit weet ik eigenlijk niet." Ze aarzelt even, zoekend naar de juiste woorden. "Misschien is het het dubbele dat me trekt. Ik wil in mijn werk voorbij gaan aan het standaard beeld van een jongetje of meisje."

Ter illustratie wijst ze op één van de schilderijen aan de muur, waarop een kind staat met een vrolijk knotje op het hoofd. Duidelijk een meisje, zou je zeggen. Toch? Timmerman lacht. "Nee, dat is dus een Indiase jongen, een Sikh. De Sikhs mogen hun haren niet knippen vanwege hun geloof. Daardoor krijgen ze een androgyn uiterlijk." Naast de jongen hangt het portret van een meisje, met juist een wat stoere, mannelijke uitstraling. En op een van de andere portretten staat een jongen met een kaal hoofd. "Dat is een monnikenjongen. Monniken houden hun hoofden kaal, waardoor ze nooit een man lijken te worden."

De acht schilderwerken maken deel uit van een serie, waarmee ze het afgelopen jaar regelmatig heeft geëxposeerd. Ze schildert ook kindergezichten in opdracht. Inmiddels is er een flinke wachtlijst ontstaan. En dat terwijl haar portretten soms best confronterend zijn, want onschuldige, lief lachende kindergezichtjes, daar doet ze niet aan. "Bij opdrachten zoek ik naar dezelfde essentie als in mijn werk voor tentoonstellingen. Daarom nodig ik mensen altijd eerst uit in mijn atelier, als ze me vragen een portret te schilderen. Ik laat ze dan zoveel mogelijk voorbeelden zien, zodat ze zeker weten dat ze dit echt willen."

Is iemand dan nog steeds geïnteresseerd, dan maakt Timmerman eerst een groot aantal foto's van het kind. " Zo probeer ik altijd weer die blik te vangen waar ik naar op zoek ben. Meestal ga ik daarvoor naar mensen thuis, want dan voelt een kind zich toch meer op het gemak." 

Ze houdt ervan om tijdens het schilderen aria's van Händel te draaien, als inspiratie. "Die muziek raakt mij enorm. Dat gevoel dat je even stilvalt, dat probeer ik ook in mijn schilderijen te leggen. Voor mij is dat het hoogste dat ik kan bereiken. Soms is het ook een hele worsteling, want ik ga helemaal op in mijn werk. Ik voel zelf alle emoties die ik in mijn schilderijen probeer te laten zien."

Ondanks de wachtlijst voor haar portretten kan ze toch niet volledig leven van haar kunst. "Er zit erg veel werk in zo'n portret, dus ik kan er niet veel in een jaar maken." Dus heeft ze er een parttime baan bij, op het bespreekbureau van de Stadsschouwburg in Amsterdam. Een leuke baan, vindt ze, maar haar hart ligt bij haar kunst. En niet alleen bij het schilderen van kindergezichten. 

Al jaren is ze bezig met een omvangrijk ander project, waarbij ze pagina's uit een oude Engelse bijbel verwerkt tot kleine kunstwerkjes. Over de bijbelteksten heen schildert ze allerlei afbeeldingen, die niets te maken hebben met de ondergrond. "Dit kunnen de meest simpele voorwerpen zijn, zoals een rijtje nietjes, een zeepbakje of een prop papier. Allerlei dingen die op het eerste gezicht betekenisloos lijken, maar door de bijbelteksten opeens toch betekenis krijgen." In het begin vond ze het best eng om te doen. "Zomaar over een bijbel heen kalken, kan dat eigenlijk wel? Mijn ouders zouden er niet blij mee zijn geweest."